Waarom en hoe krijgen boeren inkomenssteun?
De Europese Unie verleent boeren inkomenssteun in de vorm van “rechtstreekse betalingen” om:
- als vangnet te dienen en de landbouw rendabeler te maken;
- te zorgen dat er in Europa voldoende voedsel is;
- hen te helpen veilig, gezond en betaalbaar voedsel te produceren;
- hen te belonen voor zaken waarvoor de markt hen niet betaalt, maar die wel het algemeen belang dienen, zoals de zorg voor landschap en milieu.
Boeren krijgen meestal inkomenssteun op basis van de bedrijfsomvang in hectares. Alle EU-landen moeten een basisbetaling aanbieden en een betaling voor klimaat, milieu en dierenwelzijn om duurzame landbouw te bevorderen (“ecoregelingen”). Omdat alle EU-landen deze betalingen verplicht moeten aanbieden, worden ze vaak “verplichte betalingen” genoemd. Ecoregelingen moeten dus ook verplicht worden aangeboden, maar het is aan de landbouwers om te bepalen of ze er gebruik van maken.
Daarnaast mogen EU-landen ervoor kiezen om voor specifieke landbouwsectoren of -typen nog andere betalingen aan te bieden. Zo zijn er speciale steunregelingen om verdere hulp te bieden aan kleine en middelgrote landbouwbedrijven, jonge boeren, boeren in gebieden met natuurlijke beperkingen en voor sectoren die in moeilijkheden verkeren.
Nieuw GLB: 2023-2027
De hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) voor de jaren 2023-2027 is op 2 december 2021 goedgekeurd door het Europees Parlement en de Raad van de EU.
De EU-landen voeren het GLB 2023-2027 uit met een nationaal strategisch GLB-plan. Elk plan bevat allerlei gerichte “interventies” die in de specifieke behoeften van het desbetreffende EU-land voorzien en tastbare resultaten moeten opleveren.
Het nieuwe GLB 2023-2027 bevat maatregelen om financiële steun voor boeren en werknemers in de EU eerlijker te verdelen.
Meer informatie
Basisinkomenssteun voor duurzaamheid
Alleen steun bij naleving van de regels
De EU koppelt het grootste deel van de inkomenssteun voor boeren aan twee hoofdcriteria:
- het aantal verbouwde hectares, niet de geproduceerde hoeveelheden. Boeren moeten inspelen op de vraag om meer winst te maken. Door betalingen lost te koppelen van de geproduceerde hoeveelheid, wordt overproductie voorkomen;
- respect voor het milieu, de gezondheid van planten en de gezondheid en het welzijn van dieren om duurzame landbouw te bevorderen. Tot 2022 werd in dit verband gesproken over de “randvoorwaarden”. In het GLB 2023-2027 zijn deze aangescherpt en worden ze aangeduid met “conditionaliteit”. Voldoen de boeren niet aan de EU-regels, dan kunnen hun betalingen worden verlaagd of helemaal worden stopgezet.
Meer informatie
Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) 2023-2027
Waarom eigenlijk inkomenssteun?
Voedselzekerheid in Europa is van essentieel belang. Zoals aangegeven in artikel 39 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), is een van de GLB-doelstellingen een redelijke levensstandaard van de landbouwbevolking door de verhoging van het hoofdelijk inkomen van hen die in de landbouw werkzaam zijn. Het gemiddelde boereninkomen blijft duidelijk achter bij de gemiddelde inkomens in de rest van de EU-economie.
Een boerderij runnen is een riskante en vaak ook kostbare zaak. De landbouw is sterker afhankelijk van weer en klimaat dan andere sectoren. Boeren kunnen niet onmiddellijk inspelen op veranderingen in de vraag van de consument. Het verbouwen van meer tarwe of het produceren van meer melk gaat niet van de ene dag op de andere en vraagt grote investeringen.
De boeren in de EU staan onder druk van de groeiende wereldhandel in voedingsproducten en de liberalisering van de handel. De ontwikkelingen op de wereldmarkten vergroten de concurrentie, maar creëren ook nieuwe kansen voor de Europese agrovoedingssector. Door de globalisering en de schommelingen in vraag en aanbod fluctueren de landbouwprijzen de laatste jaren meer dan vroeger. Dat is voor boeren een groot probleem.
Vanwege die onzekerheid in de landbouw en vanwege het belang van voedselproductie in de EU biedt de overheid boeren een vangnet.
De praktijk
Elk jaar moeten de boeren een steunaanvraag indienen waarin zij aangifte doen van hun landbouwareaal.
Hoewel de basisregels voor inkomenssteun op EU-niveau zijn vastgesteld, is de toepassing ervan op het terrein in handen van de afzonderlijke EU-landen. De nationale overheden zijn verantwoordelijk voor het beheer en de controle van de inkomenssteun aan boeren in hun eigen land (“gedeeld beheer”).
Binnen de grenzen van het rechtskader van de EU beschikt elk land over een zekere marge bij de toekenning van deze betalingen. Zo kan het rekening houden met de specifieke omstandigheden in de eigen landbouw, die van land tot land sterk kunnen verschillen.
Meer informatie
Steunvoorwaarden
Boeren krijgen alleen inkomenssteun als ze de voorwaarden in acht nemen.
In de regel moeten boeren aan een aantal criteria voldoen:
- hun bedrijf moet in de EU gelegen zijn;
- om inkomenssteun te krijgen, moet aan bepaalde minimumeisen worden voldaan. Ze krijgen alleen steun als ze recht hebben op meer dan 100 tot 500 euro inkomenssteun (afhankelijk van het EU-land) en/of het subsidiabele areaal meer dan 0,3 tot 5 ha bedraagt;
- ze moeten aan landbouw doen (d.w.z. akkerbouw, veeteelt en dergelijke) op de landbouwgrond (waaronder akkers, blijvende teelten en blijvend grasland) waarover ze beschikken, of deze grond in goede staat houden;
- ze moeten voldoen aan de definitie van “actieve landbouwer”. De EU-landen geven invulling aan de eisen op dit gebied (minimale landbouwactiviteit, niet-subsidiabele economische activiteiten, deeltijdboeren en boeren met aanvullende inkomstenbronnen – dit alles in samenhang met minder administratieve druk).
Meer informatie
EU-regels voor inkomenssteun voor boeren
- 25 JANUARI 2024
- 27 SEPTEMBER 2018
Steunpercentage
Er zijn in de EU rond de 6 miljoen boeren die inkomenssteun ontvangen. Vaak gaat het om een aanzienlijk deel van hun totale inkomen. Gemiddeld over de laatste tien jaar bedraagt het percentage bijna 50%.
Het niveau van inkomenssteun kan van bedrijf tot bedrijf, van land tot land en van regio tot regio fors verschillen.
De EU past onder de naam “externe convergentie” een mechanisme toe dat de inkomenssteun per hectare in elk land geleidelijk naar boven of naar beneden bijstelt om zo dichter bij het EU-gemiddelde te komen.
De EU-landen waarin de gemiddelde betaling minder dan 90 % van het EU-gemiddelde bedraagt, zien hun budget stijgen met maximaal de helft van het verschil tussen hun huidige percentage en 90% van het EU-gemiddelde. De betalingen bedragen ten minste 200 euro/ha in 2023 en stijgen tot 215 euro/ha in 2027.
Wat kost het?
Voor de periode 2023-2027 is in de EU-begroting bijna 188 miljard euro uitgetrokken voor inkomenssteun.
Meer informatie
Het GLB in een oogopslag: hoe het gefinancierd wordt
Rechtsgrondslag
De volgende regelgeving is van toepassing op de EU-inkomenssteun:
- Regels voor inkomenssteun aan landbouwers (Verordening (EU) 1307/2013, Gedelegeerde Verordening (EU) 639/2014, Uitvoeringsverordening (EU) 641/2014)
- Regels voor het beheer, de financiering en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (Verordening (EU) 1306/2013, Gedelegeerde Verordening (EU) 640/2014, Uitvoeringsverordening (EU) 809/2014)
- Regels voor steun voor de nationale strategische GLB-plannen (Verordening (EU) 2021/2115)
- Regels voor bepaalde interventietypen in de strategische GLB-plannen van de EU-landen voor de periode 2023-2027 (Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/126)
Documenten
- 13 MEI 2024
- 29 JUNI 2023
- 17 MEI 2023
- 17 MEI 2023
- 6 JANUARI 2023
- 23 JULI 2021
- 2 JULI 2020
- 16 SEPTEMBER 2019
- 15 MEI 2019
- 27 SEPTEMBER 2018
- 27 SEPTEMBER 2018
- 27 SEPTEMBER 2018
- 27 SEPTEMBER 2018
- 24 OKTOBER 2018