Doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid
Het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) van de EU, dat in 1962 van start ging, vormt een partnerschap, enerzijds tussen landbouw en samenleving en anderzijds tussen Europa en de Europese boeren. Het moet:
- boeren ondersteunen, de landbouwproductiviteit verbeteren en voor een stabiele voorziening van betaalbare levensmiddelen zorgen
- boeren in de EU een redelijk inkomen garanderen
- het klimaat beschermen en het duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen bevorderen
- plattelandsgebieden en landschappen in de hele EU in stand houden
- de plattelandseconomie levensvatbaar houden door de werkgelegenheid in de landbouw, agrovoedingsindustrie en aanverwante sectoren te stimuleren
Het GLB is een gemeenschappelijk beleid voor alle EU-lidstaten. Het wordt op Europees niveau beheerd en gefinancierd uit de gemeenschappelijke EU-begroting.
De Commissie heeft haar visie voor landbouw en voedsel gepresenteerd, die het vertrouwen en de dialoog in de hele waardeketen binnen de EU en wereldwijd zal stimuleren.

GLB 2023-2027
Om te zorgen dat de Europese landbouw toekomstbestendig blijft, is het GLB in de loop der jaren steeds mee veranderd met de economische omstandigheden en de wensen en behoeften van de burgers.
Het GLB 2023-2027 is op 1 januari 2023 in werking getreden. De steun voor boeren en belanghebbenden op het platteland in de 27 EU-landen berust op het rechtskader van het GLB 2023-2027 en de keuzes die zijn gemaakt in de door de Commissie goedgekeurde strategische GLB-plannen. Deze plannen moeten passen in de ambities van de Europese Green Deal, en de biodiversiteitsstrategie.
- 24 FEBRUARI 2022
Het GLB in de praktijk
De landbouw verschilt van andere sectoren vanwege de volgende bijzondere omstandigheden:
- ondanks het belang van de voedselproductie ligt het inkomen van boeren ongeveer 40% lager dan buiten de landbouwsector;
- landbouw is sterker afhankelijk van weer en klimaat dan veel andere sectoren;
- er is een onvermijdelijk tijdsverschil tussen de vraag van de consument en de mogelijkheid van boeren om daaraan te voldoen, want meer tarwe verbouwen of meer melk produceren gaat niet van de ene dag op de andere.
Boeren moeten niet alleen kosteneffectief produceren, zij moeten ook op een duurzame en milieuvriendelijke manier werken en de bodem en biodiversiteit in stand houden.
Vanwege bedrijfsonzekerheden en de milieueffecten van de landbouw is voor de overheid een rol van betekenis weggelegd in dit samenspel. Het GLB bevat de volgende maatregelen:
- inkomenssteun in de vorm van rechtstreekse betalingen zorgt voor stabiele inkomens, beloont boeren voor milieuvriendelijke landbouw en voor publieke diensten die gewoonlijk niet door de markten worden betaald, zoals zorg voor het platteland
- marktmaatregelen zijn bedoeld om het hoofd te bieden aan moeilijke marktomstandigheden, zoals een plotselinge daling van de vraag als gevolg van een groot gezondheidsprobleem of een daling van de prijzen wegens een tijdelijk overaanbod
- plattelandsontwikkelingsmaatregelen met nationale en regionale programma’s spelen in op de behoeften en uitdagingen van plattelandsgebieden
Financiering van het GLB
Hoeveel steun de EU-boeren uit de totale EU-begroting ontvangen, hangt af van de vele factoren die bij het waarborgen van permanente toegang tot hoogwaardige levensmiddelen een rol spelen, zoals inkomenssteun, klimaatbescherming en de instandhouding van bruisende plattelandsgemeenschappen.
Het GLB wordt gefinancierd via twee fondsen als onderdeel van de EU-begroting:
- het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) verleent rechtstreekse steun en financiert marktmaatregelen
- het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) financiert plattelandsontwikkeling
De betalingen worden door elk EU-land op nationaal niveau beheerd. Op grond van de transparantieregels van de EU publiceert elk land informatie over de ontvangers van GLB-betalingen.
Meer informatie
De jaarlijkse begrotingscyclus van de EU
Voordelen van het GLB
Het GLB bepaalt onder welke voorwaarden boeren hun taken in de samenleving kunnen vervullen:
Voedselproductie
- Er zijn in de EU ongeveer 10 miljoen landbouwbedrijven en zo’n 17 miljoen mensen werken regelmatig in de sector. Zij zorgen voor een indrukwekkend assortiment aan betaalbare, veilige en hoogwaardige producten.
- De EU staat in de hele wereld bekend om haar voedingsproducten en culinaire tradities. Zij is een van ’s werelds toonaangevende producenten en netto-uitvoerders van agrovoedingsmiddelen. Dankzij haar buitengewone agrarische hulpbronnen kan en moet de EU een sleutelrol spelen bij het waarborgen van de voedselzekerheid voor de hele wereld.
Ontwikkeling van plattelandsgemeenschappen
- Op ons platteland met zijn kostbare natuurlijke rijkdommen zijn veel banen afhankelijk van de landbouw. Er is een hele toeleveringssector actief, want boeren hebben machines, gebouwen, brandstof, meststoffen en diergeneeskundige zorg nodig.
- Andere mensen bereiden, verwerken of verpakken het geproduceerde voedsel of werken in de opslag, het vervoer en de detailhandel. De landbouw en de levensmiddelensector zijn samen goed voor bijna 40 miljoen banen in de EU.
- Om efficiënt te werken en modern en productief te blijven, moeten boeren, toeleveranciers en verwerkende sectoren gemakkelijk toegang hebben tot actuele informatie over landbouwkwesties, landbouwtechnieken en marktontwikkelingen. In de periode 2014-2020 zijn middelen uit het GLB ingezet om te zorgen voor snelle technologieën, betere internetdiensten en een betere infrastructuur voor 18 miljoen plattelandsbewoners, ofwel 6,4% van de plattelandsbevolking in de EU.
Ecologisch duurzame landbouw
- Boeren staan voor een dubbele uitdaging: ze moeten voedsel produceren, maar tegelijk ook de natuur en de biodiversiteit beschermen. Behoedzaam omgaan met natuurlijke hulpbronnen is van wezenlijk belang voor onze voedselproductie en onze levenskwaliteit, vandaag, morgen en voor toekomstige generaties.
Steunpilaren van het GLB
De Europese Commissie raadpleegt regelmatig het maatschappelijk middenveld en landbouwcomités over de vormgeving van landbouwwetgeving en -beleid. Ook krijgt zij input van deskundigengroepen, zoals de taskforce landbouwmarkten voor oneerlijke handelspraktijken.
De Commissie verricht effectbeoordelingen bij het plannen, uitwerken en voorstellen van nieuwe Europese wetgeving om na te gaan of er behoefte is aan EU-maatregelen en wat de mogelijke gevolgen zijn van de beschikbare oplossingen. Dit is een essentieel onderdeel van de EU-agenda voor betere regelgeving. Effectbeoordelingen voor landbouw en plattelandsontwikkeling vonden plaats in 2003 (tussentijdse evaluatie), 2008 (“health check” – SEC(2008) 1885), 2011 (“Het GLB tot 2020” – SEC(2011) 1153 definitief) en 2018 (steun voor strategische plannen na 2020 – SWD(2018) 301 final).
De Rekenkamer van de EU speelt een grote rol bij het toezicht op de landbouwuitgaven.
De Europese Commissie publiceert regelmatig de resultaten van enquêtes over hoe Europeanen tegen landbouw en het GLB aankijken. Deze “Eurobarometer-enquêtes”, die in alle EU-landen worden gehouden, leveren waardevolle informatie over de kijk van de burger op het GLB. Die informatie heeft onder meer betrekking op de bekendheid van de GLB-steun, de resultaten ervan, kwaliteitsaspecten, milieukwesties, het belang van het GLB en nog veel meer.
De Eurobarometer-enquêtes peilen naar de meningen van EU-burgers over een reeks onderwerpen die van invloed zijn op hun dagelijks leven.

Evaluatie van het GLB
Evaluatie van het GLB 2023-2027
Overeenkomstig haar transparantie- en monitoringvereisten heeft de Commissie een online dashboard samengesteld met de doelstellingen die elk EU-land op nationaal niveau heeft vastgesteld in zijn goedgekeurde strategische GLB-plan.
De GLB-wetgeving omvat 44 “resultaatindicatoren”, waaraan specifieke doelstellingen gekoppeld zijn. Niet alle 44 streefcijfers hoeven in elk strategisch GLB-plan te worden opgenomen. De streefcijfers houden rekening met de behoeften en de geplande maatregelen waartoe op nationaal niveau is besloten.
Evaluatie van het GLB 2014-2020
De Commissie beoordeelt het GLB via het gemeenschappelijk monitoring- en evaluatiekader.
Binnen dat kader wordt aan de hand van GLB-indicatoren nagegaan wat het GLB in 2014-2020 heeft bereikt en hoe het kan worden verbeterd.
Rechtsgrondslag
De rechtsgrondslag voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid is vastgelegd in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Het GLB 2023-2027 valt onder drie verordeningen, die algemeen van toepassing zijn sinds 1 januari 2023:
- EU-verordening 2021/2116 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het GLB en tot intrekking van EU-verordening 1306/2013
- EU-verordening 2021/2115 inzake steun voor nationale strategische GLB-plannen en tot intrekking van de EU-verordeningen 1305/2013 en 1307/2013
- EU-verordening 2021/2117 tot wijziging van EU-verordening 1308/2013 inzake de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten EU-Verordening 1151/2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten EU-Verordening 251/2014 inzake geografische aanduidingen van gearomatiseerde wijnbouwproducten EU-Verordening 228/2013 inzake landbouwmaatregelen voor de ultraperifere gebieden van de EU
De volgende vier verordeningen bepaalden de verschillende componenten van het GLB 2014-2020:
- EU-verordening 1307/2013 inzake de voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan boeren
- EU-verordening 1308/2013 inzake een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten
- EU-verordening 1305/2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling
- EU-verordening 1306/2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het GLB
In 2021 en 2022 was een overgangsverordening (EU-verordening 2020/2220) van kracht, die voorwaarden bevatte voor het verlenen van steun uit het ELGF en het Elfpo in die twee jaren en die bepalingen uit de vorige verordeningen verlengde en wijzigde. Die verordening bleef van kracht tot het nieuwe GLB van start ging.
Het GLB wordt beheerd door het directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling van de Commissie. De Europese Commissie kan gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen vaststellen voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid.
Meer informatie
Tijdlijn
- 2023
Sinds 1 januari 2023 worden in alle EU-landen strategische GLB-plannen uitgevoerd.
- 2022Het GLB is 60 jaar oud
Meer over de geschiedenis van het GLB, vanaf de start ervan 60 jaar geleden tot het huidige beleid, is te vinden in de factsheet over het GLB vanaf 1962.
- 2021-2022
Er is een overgangsverordening van kracht. De meeste GLB-regels uit de periode 2014-2020 worden verlengd, terwijl wordt gezorgd voor een soepele overgang naar het toekomstige kader van strategische GLB-plannen.
- 2021
Na uitgebreide onderhandelingen bereiken het Europees Parlement, de Raad van de EU en de Europese Commissie overeenstemming over verdere hervorming van het GLB. Dit voorlopige politieke akkoord effent de weg voor de formele goedkeuring van de noodzakelijke wetgeving door het Europees Parlement en de Raad in het najaar van 2021.
- 2013
Het GLB wordt hervormd om het concurrentievermogen van de sector te versterken, duurzame landbouw en innovatie te bevorderen, de werkgelegenheid en groei in plattelandsgebieden te ondersteunen en financiële steun te verschuiven naar het productief gebruik van landbouwgrond. Dit GLB is van kracht in de periode 2014-2020.
- 2003
Het GLB biedt inkomenssteun. Met een nieuwe GLB-hervorming wordt de steun losgekoppeld van de productie. Boeren ontvangen nu inkomenssteun, op voorwaarde dat ze goed voor hun grond zorgen en zich houden aan milieu-, dierenwelzijns- en voedselveiligheidsvoorschriften.
- 1992
Het GLB schakelt over van markt- naar producentenondersteuning. De prijssteun wordt afgebouwd en vervangen door rechtstreekse subsidies voor boeren. Zij worden aangespoord om milieuvriendelijker te werken.
De hervorming valt samen met de wereldmilieuconferentie van 1992 in Rio, waar het principe “duurzame ontwikkeling” wordt gelanceerd.
- 1984
De landbouwbedrijven worden zo productief dat ze meer voedsel produceren dan nodig is. Er worden diverse maatregelen getroffen om de productieniveaus beter af te stemmen op wat de markt nodig heeft.
- 1962
Het GLB ziet het levenslicht. Het moet een gemeenschappelijk beleid worden. De doelstellingen zijn betaalbaar voedsel voor de Europese burger en een redelijke levensstandaard voor boeren.
Links
The EU reviewed certain provisions of the common agricultural policy (CAP) aiming for more flexibility, and more compatibility with farming realities.